Droes is één van de meest aangetoonde infectieuze aandoeningen wereldwijd en wordt direct of indirect overgedragen. Veel dieren worden ziek, sommigen overlijden eraan en ongeveer 10% van de gevallen blijft een drager van de bacterie.1,2 Regelmatig worden er droesuitbraken in Nederland geregistreerd, het is hierdoor belangrijk om de juiste preventieve maatregelen te nemen, om te voorkomen dat droes grip krijgt op uw paard(en).
Wat is droes?
Droes wordt veroorzaakt door een zeer besmettelijke bacterie: Streptococcus equi. Meestal ontwikkelt het zich op jongere leeftijd, maar ook volwassen paarden, of paarden die droes al hebben gehad, kunnen (opnieuw) besmet raken. Het is dus niet alleen een ‘kinderziekte.
Paarden worden besmet direct via contact met een geïnfecteerd dier, of indirect door besmet eten en drinkwater, of contact met besmette materialen (borstels, tuig, emmers, kleding van verzorgers).
Eenmaal in het paard dringt de bacterie binnen enkele uren door tot in de lymfeknopen van hoofd en nek (en in zeldzame gevallen in andere lymfeknopen in het lichaam), waar het abcessen vormt. De keelamandelen zijn de belangrijkste locatie waar Streptococcus equi zich vestigt en vermenigvuldigt. De abcessen groeien en kunnen zodanig groot worden, dat ze de luchtwegen afklemmen. In het Engels heet droes “Strangles”, omdat het in sommige gevallen de paarden echt doet verstikken. Na 6 tot 21 dagen barsten de abcessen, waarbij pus vrijkomt en het lichaam verlaat via een slijmerige pusachtige neusuitvloei. Deze pus is zeer besmettelijk! Er zijn slechts 1.000 bacteriecellen nodig om een infectie te veroorzaken, maar de abcessen bevatten vaak biljoenen bacteriecellen.1,2 Één druppel pus is dus in theorie voldoende om honderden paarden te kunnen besmetten. In sommige gevallen (10% van de geïnfecteerde dieren) scheurt het abces open in de luchtzak van het paard, waar de pus als het niet of onvoldoende wordt afgevoerd, indikt tot chondroïden (ingedroogde etterproppen). Het paard is na infectie wel genezen, maar levende droesbacteriën blijven in deze etterproppen en kunnen hierin nog enkele jaren overleven. Deze paarden worden dragers genoemd; ze kunnen intermitterend nog droes uitscheiden vanuit deze etterproppen en zo een nieuwe infectie in de stal aanwakkeren.
Wat zijn de symptomen?
Het eerste symptoom van droes is een verhoogde lichaamstemperatuur van ≥ 38,5˚C en is vaak een voorbode van de verspreiding van droes twee á drie dagen later.1,2,3 Hierdoor is het regelmatig controleren van de lichaamstemperatuur bij het paard, een erg effectieve tool om besmette paarden te identificeren nog vóórdat ze de kans hebben om droes over te dragen naar andere paarden! Andere symptomen zijn: afscheiding uit de neus, zachte hoest met slijmvorming, depressie, verminderde of geen eetlust en abcessen in de lymfeklieren van hoofd en nek. Sterfte kan voorkomen in ongeveer 10% van de geïnfecteerde dieren (bij een hoge infectiedruk, of door complicaties van droes).1
Behandeling van droes
De meeste paarden herstellen zonder behandeling binnen drie tot zes weken na infectie.1,2,3 Ernstige gevallen vereisen wel een behandeling met antibiotica, corticosteroïden en soms een chirurgische ingreep. Het behandelen van dragers is door de etterproppen te verwijderen en de luchtzakken te spoelen. Soms is herhaling van de behandeling noodzakelijk en het kan voorkomen dat het paard drager blijft door achterblijven van minimale hoeveelheden materiaal in de luchtzakken.
Wat te doen bij een uitbraak?
Bioveiligheidsmaatregelen zijn erg belangrijk tijdens een uitbraak. Werk met een stoplichtsysteem om besmette en verdachte paarden te scheiden van de rest van de groep. Deel de paarden hierbij in in 3 quarantainegroepen: Rood, Oranje en Groen.3
– Rode groep: paarden met klinische symptomen van droes.
– Oranje groep: paarden die (direct of indirect) in contact zijn geweest met paarden die symptomen van droes.
– Groene groep: paarden die geen contact hebben gehad met besmette dieren.
Bij elke groep moet er afzonderlijk water en voer zijn en zijn de materialen kleurgecodeerd om te voorkomen dat ze in verschillende groepen gebruikt worden. Houd de dieren gescheiden in groepen voor minstens drie á vier weken. Vaccinatie tegen droes, om symptomen tijdens een uitbraak te doen verminderen, is onder specifieke omstandigheden ook mogelijk. Vraag voor meer informatie, advies aan uw dierenarts.
Bij paarden in de oranje en groene groep is het advies om minstens twee keer per dag de temperatuur te meten. Paarden met een verhoging, moeten direct naar de rode groep verplaatst worden, om besmetting van andere paarden tot een minimum te beperken (koorts gaat vaak vooraf aan het uitscheiden van droes). Vier weken na een uitbraak is via antistoffen in het bloed bij de oranje en groene groep te controleren of ze blootgesteld zijn aan droes. Indien er antistoffen zijn aangetoond, is het belangrijk om deze paarden verder te onderzoeken op dragerschap, door controle van de luchtzakken op de aanwezigheid van etterproppen en de droesbacterie. 1
Voor meer informatie betreft de bioveiligheidsmaatregelen, neem contact op met uw dierenarts.
Voorkom verspreiding van droes
Vooral paarden die vaak in contact komen met andere paarden lopen het grootste risico om droes te krijgen.1,3 Denk hierbij aan wedstrijdpaarden, maar ook paarden die mee gaan op training, een cursus of op reis. Wanneer er nieuwe paarden op stal komen is het verstandig om deze minstens drie weken in quarantaine te plaatsen, om zo de kans op besmetting zoveel mogelijk te verkleinen. Paarden die op reis zijn geweest, of naar evenementen zijn gegaan, kunnen om deze reden ook het beste apart op stal gehouden worden. Dagelijks de temperatuur meten zorgt voor een vroegtijdige detectie van droes.
Vaccinatie
Om uw paard(en) te beschermen, kunt u ze vaccineren tegen droes. Vaccineer preventief uw paard(en) om hen te beschermen en bij te dragen aan een reductie van het aantal droesuitbraken. Zeker wanneer u veel met uw paard(en) in contact komt met andere paarden draagt vaccinatie bij aan de bioveiligheid. Halfjaarlijks herhalen van het vaccin zorgt voor behoud van voldoende immuniteit.1 Vaccinatie voorkomt droes, of geeft een duidelijke vermindering van de symptomen bij een uitbraak. Dechra heeft een vaccin tegen droes beschikbaar. Wilt u hierover meer informatie, neem contact op met uw dierenarts.
Referenties:
– GD Deventer: https://www.gddiergezondheid.nl/nl/Diergezondheid/Dierziekten/Droes
– Sweeney C. R., Timoney J. F., Newton J. R., Hines M. T. 2005. Streptococcus equi infection in horses: Guidelines for treatment, control and prevention of strangles. Vet. Med (19) p. 123 -134.
– Waller A. 2023. Ending the Nightbare of Strangles, Vet times P 10 – 12.
Wilt u meer informatie over droes? Kijk dan op onze website:
https://www.dechra.nl/therapeutische-gebieden/paard/vaccins/veelgestelde-vragen-over-droes
Geschreven door drs. J. de Mul , werkzaam voor Dechra als productmanager landbouwhuisdieren & paard.