Sinds januari 2021 heeft de familie Termont het Hippisch Centrum Het Zwarte Water over genomen. In een gesprek met David en Toon Termont over deze overname, hun onderneming en nog vele andere onderwerpen vertellen ze waarom zij hebben gekozen voor een bestaand bedrijf.
Toon Termont is met zijn tweeëntwintig jaar nog jong, maar is alweer een tijdje actief in de paarden. Hij werkte op enkele paardenbedrijven in de provincie Noord-Brabant tot hij met zijn vader David de handen ineensloeg en besloot om op zoek te gaan naar een eigen project om in te investeren.
Keuze voor een bestaand bedrijf
Vanuit Toon zijn ervaring en passie is het idee ontwikkeld om aan de slag te gaan met een eigen paardenbedrijf. “We wisten wel direct zeker dat we op zoek wilden naar een bedrijf dat al bestond. Als je een nieuw bedrijf opzet moet je veel geld en tijd investeren en vervolgens moet je nog een hele klantenkring opbouwen. Wanneer je gaat voor een bestaand bedrijf is dat ook een investering maar heb je vanaf dag één al inkomsten. Gekeken naar de cashflow, inkomsten en het klantenbestand was de keuze snel gemaakt om voor een bestaand bedrijf te gaan. Hierna zijn we meteen op zoek gegaan. Ik woonde op dat moment in Son en Breugel, daarom zijn we in die omgeving gestart met zoeken.”
Bedrijfscriteria
Toon zijn vader, David, vertelt dat ze toen vrij snel terechtkwamen bij Het Zwarte Water. “Via een makelaar zijn we daar gaan kijken. We hadden een aantal criteria zoals de omgeving en de potentie die het bedrijf heeft. Hierbij hebben we ook gekeken naar de accommodatie en over welke faciliteiten het bedrijf over beschikt. En natuurlijk hebben we ook de bedrijfseconomische invalshoek meegenomen en gekeken of het een rendabel bedrijf was. Nadat we naar al deze aspecten hebben gekeken, namen we de beslissing om onze pijlen te richten op de locatie in De Mortel.”
Niet halsoverkop
Het Zwarte Water bestond uit een manegetak, pensionstalling, wedstrijden, overnachtingsmogelijkheden en een horecagelegenheid. Op de vraag of de nieuwe ondernemers dezelfde activiteiten blijven hanteren is David duidelijk. “We geven onszelf twee à drie jaar om de beleving van het bedrijf aan te voelen en om echt te kunnen zeggen welke activiteiten goed en minder goed presteren. Natuurlijk moeten de diensten wel passen bij onze bedrijfsfilosofie, maar we wilden niet halsoverkop de beslissing nemen om het over een totaal andere boeg te gooien. We hebben respect voor hoe de voorgaande ondernemers het hebben aangepakt en willen er vervolgens langzaam onze eigen draai aan geven en meer of minder de focus gaan leggen op bepaalde aspecten.”
De ambities
Het samenspel tussen vader en zoon is voor dit tweetal ideaal. “Van iemand van tweeëntwintig kan je niet verwachten dat hij de levenswijsheden van iemand van vijftig heeft en het allemaal in zijn eentje kan bolwerken. Toon houdt zich bezig met de sport en de paarden en ik ondersteun in de zakelijke kant van de onderneming. Door samen te werken, kan Toon veel leren op dit gebied. Hij doet dit met veel plezier en ik zie dat hij de zakelijke elementen snel oppakt. Financiën, boekhoudkundige zaken en personeelszaken zijn factoren die hij op zijn opleiding niet heeft geleerd. Door dit allemaal samen te doen, kan hij hier veel kennis in opdoen, zodat hij in de toekomst deze zaken zelf met een boekhouder of advieskantoor kan bespreken.”
Uitdagingen
Uitdagingen heeft de jonge ondernemer genoeg. “We zijn gestart in een hele moeilijk periode. We hadden eerst de corona- en nu de energiecrisis dus we gaan van de ene in de andere crisis en hou je dan maar eens staande. Gelukkig is ons dat gelukt en nu is het de bedoeling dat we zakelijk wat meer gaan concentreren op bepaalde elementen. Dat betekent dat we volledig gaan voor de pensionstalling, wedstrijden en de groepsaccommodatie. We hadden voorheen ook manegepaarden waar lessen mee werden gegeven, maar daar zijn we nu mee gestopt omdat we keuzes moesten maken. Hierdoor kunnen we ons nu beter focussen op de andere drie aspecten.”
Focus op toekomst
Die nieuwe focus vermarkt zich volgens David redelijk vanzelf. “Onze beste reclame is die we van mond tot mond hebben. Het is een kleine wereld waar we in zitten en de vraag is groter dan het aanbod. Ook zijn we stapsgewijs verschillende investeringen aan het doen. Zo zijn we nu bezig met het uitbreiden van het aantal weides, zodat we meer pensionklanten kunnen bedienen. Maar we moeten ook voorzichtig blijven in het aantal paarden en goed rekening houden met wat het personeel aankan. Het is belangrijk dat het op een bedrijfseconomische manier verloopt. De passie wil je uitstralen naar je klanten en naar je omgeving, maar aan het einde van de dag moeten er wel rekeningen betaald worden, en met passie alleen betaal je geen factuur. Mede daardoor zijn we ook bezig met het verduurzamen en verbeteren van het bedrijf, om de hogere rekeningen te reduceren.”
