fbpx

Sanna Bergs-Olsson: “Nooit meer weg uit Nederland”

Veel buitenlandse ruiters komen naar Nederland, het paardenland bij uitstek om hun droom achterna te jagen. Zo ook de Zweedse Sanna Bergs-Olsson die voor de springsport naar ons land kwam. Ze begon al snel met ondernemen en runt inmiddels met haar Nederlandse man Johan Bergs hun trainings- en opleidingsstal in het Brabantse Vierlingsbeek.

 

Waarom kwam je precies naar Nederland?

“De paardensport. Ik had in Zweden een eigen bedrijf met mijn familie waarin we paarden reden voor eigenaren en eigen paarden voor de fokkerij. Ik wilde groeien en een betere ruiter worden en dat is in Zweden toch een stuk moeilijker dan hier. In Nederland heb je betere paarden en concoursen en dat had ik nodig om mezelf te ontwikkelen op topniveau in de sport. Ik ben begonnen met werken in loondienst bij Peter Bulthuis en nam toen vijf paarden mee vanuit Zweden om hier te verkopen. Na een half jaar startte ik mijn eigen onderneming. Ik heb dat bedrijf drie jaar gerund toen ik Johan, mijn huidige partner, leerde kennen. We zijn samen gaan ondernemen en hebben eerst stallen gehuurd in Swolgen bij Jan Janssen. Maar droomden van een eigen accommodatie. Toen ik zwanger was van ons eerste kindje Oscar, zo’n vijf jaar geleden, kwam Emile Tacken met deze locatie als tip. Emile is een vriend van Johan en zijn zus woonde in Vierlingsbeek vandaar dat hij dit te koop had gezien. We zijn gelijk gaan kijken, maar dachten dat we dit nooit rond zouden krijgen. Gelukkig lukte dat toch en konden we beginnen met opbouwen. Dit was een koeienstal, dus moest er nog wel het een en andere gebeuren. We hebben in twee maanden ervoor gezorgd dat we erin konden. Daarbij hebben we veel zelf gedaan en vervolgens hebben we stapje voor stapje telkens een nieuw project aangepakt om te verbeteren.”

 

Hoe is dat om als buitenlander in Nederland te ondernemen?

“De eerste zes maanden dat ik bij Peter werkte heb ik goed kunnen kijken hoe alles verliep wat wedstrijden betreft. Mijn eigen bedrijf startte ik in eerste instantie met een andere Nederlander die wist hoe alles reilde en zeilde, ook met de handel. Toen ik alleen verder ging, was het nieuwe er al af en wist ik hoe het werkte. Daarnaast had ik fijne eigenaren van de paarden die ik op stal had zoals Leon Thijssen, ook dat hielp. Ik heb altijd mijn best gedaan om goede contacten op te bouwen en maakte ook veel contact met de mensen op concours. Dat, met proberen zo goed mogelijk te rijden, heeft mij verder gebracht. Daarnaast is het een kwestie van heel proactief zijn. Nederlanders zijn heel aardig en behulpzaam dus als je niet te verlegen bent dan krijg je veel voor elkaar.”

 

Uiteindelijk is het je zelfs gelukt om een eigen accommodatie aan te kopen, is het moeilijker om hier een financiering te krijgen?

“Het scheelt dat ik al drie boekjaren en dus cijfers had, maar we hebben hierbij wel veel te danken gehad aan onze boekhouder Theo Rietjes. Na verschillende boekhouders te hebben gehad, kregen we de tip om naar hem te gaan. Hij heeft zelf ook paarden en een stal die hij verhuurd aan buitenlanders. Hij snapt de paardensector en hoe de handel werkt. Natuurlijk moet de boekhouding kloppen, maar Theo snapt dat een paard wordt verkocht en daar commissie in zit en je soms iets voor de helft in eigendom hebt. Er zijn veel dingen die bijna niet uit te leggen zijn aan iemand die niks van paarden weet, zoals de prijs van een paard. Een paard kan voor mij een miljoen waard zijn en voor een ander vijfduizend euro. Hij snapt ons en kan ons alles goed uitleggen, daardoor is hij een hele waardevolle adviseur vooral bij de aankoop van deze accommodatie. Hij zou nooit zeggen dat we het moesten kopen als dat niet zou lukken en dat gaf ons vertrouwen. Ook met de ontwikkeling van de nieuwe rijhal heeft hij ons goed geadviseerd. Die man heeft elk probleem op een paardenbedrijf al een keer meegemaakt. Als een boekhouder de paardenwereld niet begrijpt, zeker als je hier niet vandaan komt, kan dat het heel ingewikkeld maken. Dat is dus ook gelijk mijn tip aan andere buitenlandse ondernemers; zoek een boekhouder die de sector snapt.”

 

Zijn jullie heel bewust redelijk dichtbij de Peelbergen gaan wonen?

“Hoewel we in Brabant wonen, zitten we inderdaad dichtbij de Peelbergen en dat maakt dit voor ons de perfecte locatie. We zijn daar veel te vinden, maar we hebben dit niet gekocht om de Peelbergen. Ten eerste komt Johan uit Limburg en was het dus fijn zijn om daar in de buurt te blijven. Daarnaast hadden we hetzelfde nooit gekocht als het in Friesland lag. Dat is omdat dit de plek is waar sport en handel plaatsvindt. Niet alleen in de Peelbergen, maar hier in de hele streek met de nieuwe mogelijkheden in Deurne en Hermkus Hof waar we veel komen om de paarden op te leiden. We zitten hier midden in het hart van de springsport en dat is voor ons belangrijk.”

 

Wat was de grootste uitdaging in Nederland?

“Vooral de concurrentie vond en vind ik heel moeilijk. Je hebt zo veel goede ruiters en goede paarden dat het moeilijk is om erbovenuit te steken. Je wordt gewoon één van de… Afgelopen weekend werd ik negende in de tweesterren Grote Prijs van de Peelbergen en dat is gewoon iets wat normaal is en waar niet bij wordt stilgestaan. In Zweden heb je veel minder professionele stallen en is het amateuristischer, waardoor, ik daar misschien meer op een voetstuk had gestaan. Al heb ik me hier veel meer kunnen ontwikkelen. Hier heb je de betere paarden en wedstrijden en ik zou nooit meer teruggaan. In het begin vond ik het zeker wel moeilijk in Nederland en vooral mijn vader had het er moeilijk mee. Die heeft alles voor mij gedaan en kon het moeilijk loslaten. Hij had een stal en binnenbak gebouwd en we gingen altijd samen op concours. Maar ik wist dat dit een goede beslissing was en heb nog altijd geen spijt.”

 

Wat is je doel voor de toekomst?

“We zijn nu vooral bezig met het opleiden van paarden en daar het optimale uithalen om ze te verkopen. Al verkopen we liever niet als ze goed genoeg zijn voor de topsport natuurlijk. De meeste paarden van de 24 die we hier hebben zijn van eigenaren en die moeten ze natuurlijk wel aan willen houden voor de sport. Gelukkig hebben we nu een aantal hele goede eigenaren met dezelfde ambitie. Daar hebben we het enorm mee getroffen. Dat is ook wel een verschil met de Zweden, want die verkopen niet zo snel en doen veel minder handel. In de toekomst willen we graag iets meer eigen paarden hebben. Al heeft het twee kanten. Het rijden voor eigenaren bied je een basis en weinig risico, maar je wordt er nooit echt rijk van. Het zal dus altijd een mix blijven, maar een goed paard aanhouden voor het hoogste niveau blijft de ambitie.”

MELD JE AAN VOOR ONZE MAANDELIJKSE NIEUWSBRIEF

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen binnen de professionele paardensector. 2.200+ ondernemers gingen je al voor!

Het laatste nieuws:

Wil je nog meer van dit soort interessante artikelen lezen?

Abonneer je dan nu op het vakblad en ontvang 6x per jaar een editie van De Hippische Ondernemer op de deurmat.

Het vakblad bevat unieke, exclusieve content dat enkel en alleen te lezen is in het blad.