Vanaf 1 januari 2025 vervalt het verlaagde btw-tarief van 9% en dit heeft natuurlijk ook gevolgen voor paardenbedrijven. In dit artikel sommen we de veranderingen nog een keer op en vragen we ABAB en FNRS om advies.
Het verlaagde btw-tarief van 9% werd in het leven geroepen na de in 2018 opgeheven landbouwregeling. Volgens de overheid is dit niet meer actueel en daarom willen ze van dit tarief af.
Waarvoor verandert het btw-tarief?
Verschillende agrarische goederen zoals hooi, stro, vlas, voer, zaden en wortelen vallen nu nog onder het lage tarief, maar vanaf het nieuwe jaar dus niet meer. Ook is dit van toepassing op:
- De zuivere opfok van jonge paarden voor derden
- Het africhten van jonge paarden
- De levering van een fokmerrie of dekhengst
- De levering van sperma of een embryo
- De levering van paarden die bestemd zijn voor de slacht
- De levering van paarden die bestemd zijn voor de landbouw
Dit betekent dat deze prestaties met ingang van 1 januari 2025 belast zijn tegen 21% btw.
Pensionstallen
Johan Verkuylen is een van de adviseurs van ABAB met een specialisatie in de paardensector en vertelt dat ze actief met FNRS in gesprek zijn over wat dit daadwerkelijk betekent voor de sector. “Vooral bij de fouragehandelaar ga je als ondernemer meer betalen, maar als professionele ondernemer kun je dit met de btw-aangifte verrekenen. Op de kostprijs zelf is het dus niet van invloed. Ook voor de pensionklanten die bij je staan verandert er niet zo veel. Je zou denken dat het voer op de factuur omhoog zou gaan naar 21% btw, maar dat was eigenlijk al zo. Pensionstallingen met een binnen- en buitenbaan werken met een uitsplitsing in drie delen:
- 1/3 verhuur box: vrijgesteld van btw;
- 1/3 gelegenheid geven tot sportbeoefening: 9% btw;
- 1/3 overige prestaties en diensten: 21% btw.
Het voer, mesten en andere diensten valt onder die 21% btw, dus dit hoeft geen verhoging te betekenen voor je klanten. De sportbeoefening blijft komend jaar nog op 9% staan, maar dat tarief willen ze in 2026 ook verhogen. Op dit moment is er een grote lobby gaande om dat tegen te houden, niet alleen vanuit de paardenwereld maar vanuit de hele sportsector.”
Opfokken en africhten
Johan legt uit dat vooral de opfokkers, africhters en hengstenhouders veel te maken krijgen met de hogere btw-tarieven. “Als ondernemer moet je die btw doorberekenen aan je klant. Ons advies is om daar goed met je klanten over te communiceren en duidelijk te praten over bedragen inclusief of exclusief btw. Voor professionele klanten zal dit vooralsnog weinig betekenen, omdat zij de btw ook weer kunnen aftrekken. Vooral de particuliere klant gaat deze verhoging dus merken. Wat dit vervolgens gaat beteken voor de vraag naar deze diensten en paarden is nu nog giswerk. Gaan ze zoeken naar goedkopere alternatieven of stoppen ze met fokken? Het lage tarief voor fokmerries gaat ook omhoog en voor de particulier worden deze dus duurder.”
Jaarlijkse indexatie
Volgens Johan zijn er niet veel bedrijven in onze sector enorm winstgevend al wordt dat wel steeds beter. “In de kengetallen van 2023 zien we dat de winstgevendheid zeker bij pensionstallen stijgt. Maar dat is ook hard nodig om die bedrijven toekomstbestendig te maken, te kunnen investeren in duurzaamheid en om interessant te zijn voor de volgende generatie om ze over te nemen. Daarom adviseren we om in de overeenkomsten met klanten te vermelden dat jaarlijks de prijzen worden geïndexeerd. Zo’n prijsverhoging kun je tegen het einde van het jaar aankondigen. Vermeld wel goed waar die uit bestaat, bijvoorbeeld stijgende energieprijzen, stijgende stro kosten, etc. Jaarlijks variëren de prijzen, waardoor het verstandig is dit elk jaar even tegen het licht te houden.”
Kostprijs berekenen
Patrick Marsman van de FNRS staat helemaal achter wat Johan zegt. “Belangrijk is vooral om niet te kijken naar wat de buurman met zijn prijzen doet, maar individueel voor je eigen bedrijf te kijken hoe dat kostenplaatje eruitziet. Het ene bedrijf heeft 6 mensen werken op 80 paarden, en de ander 2 voor 100 paarden. Dat maakt nogal een verschil voor wat er onderaan de streep overblijft. Bereken dus voor jouw situatie wat een box je daadwerkelijk kost, wat je marge is en wat je wilt dat dit is. Daarnaast moet je rekening houden met de veranderingen vanuit de overheid waar je mee te maken hebt, zoals de btw.
Tegen het einde van het jaar loop je als bedrijf vaak tegen die indexatie aan waar Johan het over heeft. Zo gaat het minimumloon bijvoorbeeld met 2,75% omhoog. Maar er zijn ook prijzen die tijdens het jaar ineens stijgen zoals eerder al de energiekosten en nu de stroprijzen. Uiteindelijk is dat wel iets wat de klant moet betalen en zijn dit dus momenten waarop het verstandig is om weer eens je kostprijs te berekenen. Bij de FNRS hebben we hier een tool voor waar we onze klanten mee helpen. Die kostprijsberekeningen zorgen bij veel ondernemers voor meer bewustzijn, en dit helpt uiteindelijk ook weer om richting je klanten uit te leggen waar zo’n prijsstijging vandaan komt. In dit soort gevallen is een goede communicatie enorm belangrijk.”
