Terwijl in de intensieve veehouderij emissies terugdringen hoog op de agenda staat, is het in de paardenhouderij nauwelijks aan de orde. Voldoende wetenschappelijk onderzoek naar uitstoot in een manege, pension of fokstal ontbreekt.
Tussen de Haagse binnenstad en het strand van Kijkduin én ingeklemd tussen twee Natura 2000-gebieden staat Manege De Wildhoef. Het is naast een manege, ook een pensionstal met fokkerij en zorgboerderij met in totaal zestig paarden. Sinds 2010 is het bedrijf in eigendom van de zussen Fiona, Iris en Aïde Roest.
Toen de familie Roest in 2020 een overkapping wilde maken voor de buitenbak, moest dat zonder emissie van stikstof gebeuren om de vergunning rond te krijgen. ‘Dus de graafmachine, de betonpomp en zelfs de vrachtwagen die het materieel aanvoerde, waren elektrisch aangedreven’, verhaalt Aïde Roest. ‘De bouw heeft langer geduurd en iets duurder uitgepakt dan de planning was, maar het is ons gelukt.’
Onderzoek
Ook die andere emissies, zoals ammoniak en broeikasgassen, houdt de paardenhouder in het vizier. In opdracht van provincie Zuid-Holland en in samenwerking met de Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie is op Manege De Wildhoef twee jaar terug een onderzoek uitgevoerd naar de emissies in de paardenhouderij.
‘Ik vind het belangrijk om daar transparant over te zijn en als sector moeten we samen sterk staan in dit milieuvraagstuk’, vindt Roest. ‘Dit komt vroeg of laat op ons bordje.’
Iris Huisman van Wageningen University & Research noemt het onderzoek naar emissies in de paardenhouderij een ‘onontgonnen gebied’. ‘Over geurhinder weten we eigenlijk niets en studies naar emissies van ammoniak en broeikasgassen zijn ook internationaal beperkt’, constateert ze.
‘Daarnaast kenmerkt de sector zich door veel disciplines, huisvestigingsvormen en verschillende types mestmanagement, zowel hobbymatig als professioneel. Dat maakt het lastig om conclusies te trekken’, stelt Huisman.
Praatplaat
Vooruitlopend daarop heeft de onderzoeker een ‘praatplaat’ in het leven geroepen. Daarbij zijn de belangrijkste bronnen van uitstoot in beeld gebracht. Daarbij maakt ze onderscheid tussen paarden op stal en paarden in de wei, zonder in detail te treden over de hoeveelheden. ‘Daarvoor is echt praktijkonderzoek nodig’, zegt ze.
Een belangrijke bron van CO2-uitstoot in de sector is vervoer. Huisman: ‘Dat speelt vooral in de topsport, als spring- en dressuurpaarden de wereld over vliegen.’
De ammoniakemissie die aan de paardenhouderij wordt toegeschreven, is stabiel en gaat uit van ruim 417.000 paarden in Nederland. Omdat andere sectoren, zoals de rund-, varkens- en pluimveehouderij, de emissies in een decennium met 65 procent hebben teruggedrongen, stijgt het aandeel van de paardensector in de dierhouderij van 1 procent in 1990 tot 5 procent in 2021.
Mest
Mest is een grote boosdoener. Afhankelijk van de samenstelling en het eiwitgehalte van het rantsoen scheiden paarden meer dan 80 procent van de stikstof uit het rantsoen weer uit. Naast ammoniak is dat in de vorm van het sterke broeikasgas N2O, oftewel lachgas.
Het stro in de boxen neemt de urine op, waardoor de emissies redelijk beperkt blijven. Maar juist wanneer het stro is verzadigd, stijgt de uitstoot van ammoniak, redeneren experts.
Bij Manege De Wildhoef staan alle paarden in individuele boxen op een dichte vloer met daarop stro. De stallen worden één keer in de week gemest. ‘Dan gaat alles naar de mestplaats, wordt het één of twee dagen later opgehaald en verder verwerkt tot een voedingsbodem voor de champignonteelt’, zegt de paardenhouder.
Voor de rest is het voor Roest een groot vraagteken hoe groot de emissies van het bedrijf zijn, waar ze samen met haar zussen op moet letten om de bedrijfsvoering aan te passen en wat de overheid van de paardenhouderij verwacht op dit gebied. ‘Als manege worden we de ene keer gezien als landbouw en de andere keer als sport. Dat maakt het er allemaal niet makkelijker op.’
Te hoog ingeschat
Volgens voorzitter Marieke Toonders van LTO-vakgroep Paardenhouderij wordt de berekende ammoniakuitstoot van de paardenhouderij vermoedelijk te hoog ingeschat. Ze wil graag onderzoek laten doen naar de werkelijke emissies in de paardenstal. Daarvoor hebben al verkennende gesprekken met onderzoekers plaatsgevonden. ‘Deze onderzoeken zijn kostbaar en daarvoor zijn eerst financiële middelen nodig’, zegt Toonders.
‘De problematiek met emissies speelt nu vooral bij de intensieve veehouderij en veel minder bij de extensieve paardenhouderij, maar dat kan ook een kwestie van tijd zijn’, betoogt de vakgroepvoorzitter. ‘We adviseren ondernemers om in ieder geval hun vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet op orde te hebben.’
Ook Huisman pleit voor verder onderzoek om de paardenhouderij ‘zowel te verduurzamen als toekomstbestendig te houden’. ‘Dat doen we graag samen met de sector en in samenhang met andere thema’s zoals dierenwelzijn. Zo is een actueel vraagstuk of je groepsdieren als paarden niet beter voor een groot deel in groepen buiten kunt houden. Als je dat gaat doen, kan dit ook gevolgen hebben voor de milieu-impact.’
Bron: Nieuwe Oogst