fbpx

Kijkje in de keuken bij: Manege de Stap

Monique Snel-Knaapen en Els Jeuken-Eggenhuizen zijn de drijvende krachten achter Manege de Stap in De Mortel. Op het eerste gezicht een hele normale manege tot je het bedrijf iets beter leert kennen en ontdekt dat ze meer zijn dan dat. En dat is nu precies wat we in dit artikel gaan doen.

 

 

Hoe zijn jullie de manege begonnen?

“Els is samen met haar man Hans in ’92 op de plek komen wonen waar nu de manege staat. “Er was toen nog niks voor paarden, alleen veel rommel. We hebben alles gesloopt, hebben stallen gebouwd en zijn lessen gaan draaien. Voordat we hier kwamen wonen gaf ik al les en met dat oogpunt hadden we ook deze locatie gekocht, maar een manege was niet per se de bedoeling. Tot de DAF-fabriek waar Hans werkte ging sluiten en we moesten nadenken over de toekomst. De lessen gingen inmiddels zo goed dat we de eerste rijhal bouwden en zo is de manege met veel hulp van vrienden en kennissen ontstaan. Op die vriendschappelijke banden draait de manege nog steeds. Onze klanten zijn onze familie en staan altijd voor ons klaar als er iets moet gebeuren.”

 

 

Maar inmiddels is het meer dan alleen een manege?

“Door die goede band met de klanten ben ik in contact gekomen met Monique die haar paard hier had staan. Monique is van oorsprong verpleegkundige en is vervolgens de re-integratie ingegaan. Toen we samen gingen kijken of we iets voor de jeugd konden organiseren op de manege als verdienmodel is het eerste project gestart. Vanuit de gemeente Helmond kwamen toen een paar mensen uit de bijstand om ze structuur te bieden en te laten zien wat ze wel konden. Vanuit hun competenties zijn we gaan kijken wat ze nodig hadden om weer op de arbeidsmarkt te kunnen komen en blijven. Binnen een manege kun je veel verschillende werkzaamheden verrichten en is samenwerking vanzelfsprekend. Dat hebben we een jaar gedaan en dat was heel succesvol, maar wij wilden ons meer op de jeugd gaan focussen dus hebben we dit programma meer gericht op jongeren die zijn uitgevallen op school of werk. De jongeren zonder beperking vallen overal buiten de boot en daar wilden wij iets voor doen. Met dit project krijgen we bijna 80% van de jongeren binnen een jaar terug naar school of weer aan het werk. Inmiddels hebben we een heel netwerk gecreëerd van bedrijven die graag mensen aannemen die hier zijn geweest, ook omdat ze altijd weer op ons terug kunnen vallen als ze ondersteuning nodig hebben.”

 

 

Dit zijn niet direct activiteiten die bij een manege passen toch?

“Een manege is hier juist heel geschikt voor. Er zijn veel uiteenlopende werkzaamheden en je kunt de paarden heel goed gebruiken voor een stukje training en verantwoordelijkheid. Veel jongeren willen in het begin niet met de paarden zelf werken, maar draaien meestal binnen een week helemaal bij. We kijken vooral naar wat jongeren wel kunnen en waar ze goed in zijn en proberen ze zo hun eigenwaarde en zelfvertrouwen terug te geven. Om ze nog beter te kunnen belonen en wat opleiding in te bouwen, zijn we dit jaar met een pilot gestart met twee jongeren die zich hadden ingeschreven bij een opleiding. Bij ons konden ze hun cv vullen met erkende certificaten en konden ze doelen behalen om aan hun kwalificaties te komen. Dat geeft nog meer motivatie, want als ze hier weggaan dan hebben ze tastbaar ook iets bereikt. Op 15 juli krijgen de eerste twee jongeren hun praktijkcertificaten uitgereikt door Wilmie Steeghs, wethouder in Gemert Bakel.”

 

 

 

Maar daar bleef het niet bij want jullie zijn meer projecten gaan ontwikkelen?

“Ja, we hebben er inmiddels ook een voor statushouders die nog geen verblijfsvergunning hebben en net op Nederlandse les zitten. Zodat ze in de praktijk meer met de Nederlandse taal bezig kunnen zijn. Ook krijgen we door het uitvallen van mensen vanuit hun beroep deelnemers voor ons re-integratie project. Eerst herstellen en daarna weer bouwen aan hun toekomst. Daarnaast zagen we steeds meer jonge jeugd uitvallen waardoor we een voortraject zijn gestart voor kinderen tussen zes en dertien jaar die worden gepest of onzeker zijn op school en een steuntje in de rug nodig hebben. We coachen hen om voor zichzelf op te komen en te leren om zichzelf te mogen zijn. We doen dit om te zorgen dat deze leeftijdsgroep niet bij het volgende traject in beeld komt.”

 

 

Wat vinden jullie manegeklanten hiervan?

“In het begin waren er wel twijfels, maar naarmate we even bezig waren, zagen ze dat de jongeren heel beleefd en vriendelijk zijn. Daarnaast bijt het elkaar helemaal niet, want de jongeren komen ’s ochtends tot half één en manegeklanten komen vaak pas in de middag. Die jongeren hebben vaak niks aan drukte, dus dit houden we zo veel mogelijk uit elkaar. Daarnaast loopt ons eigen personeel er ook gewoon, maar hebben we er in de ochtend wat handjes bij. Je kunt ons het beste omschrijven als een manege met trainingscentrum voor jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt.”

 

 

Hoe ziet een werkdag eruit?

“De jongeren komen hier om half negen en op dat moment begint de werkdag. We kijken iedereen eens even goed in de ogen om te zien wie die dag wat meer aandacht nodig heeft. We hebben een strakke dagstructuur en beginnen met het buitenzetten, gevolgd door het opstrooien, voeren en vegen. Daarna gaan we verder met extra werkzaamheden die passen bij de persoon. Die jongeren zitten al zo lang in de vluchtstand, dat we hier alles vanuit ontspanning en plezier willen doen. Wat ze hier ook aanpakken, als ze het maar goed doen en daar trots op kunnen zijn, zo gaan ze elke dag met iets positiefs naar huis. Nadat de jongeren weg gaan, gaan we verder met de manegeactiviteiten op het bedrijf en is het net zoals op elke manege.”

 

 

Hoe vinden klanten jullie?

“Dat loopt veelal via horen van, daar doen wij zelf verder weinig aan. Wij worden voor de jongeren betaald door Senzer via een loondienstverband voor de totale groep, dus niet per individu. Het verdienmodel is gebaseerd op tien uitplaatsingen per jaar en in de tien jaar dat we dit nu alweer doen, halen we deze doelstelling glansrijk. De jongeren zijn hier namelijk wel om aan zichzelf te werken om vervolgens weer uit te vliegen als dat goed gaat.”

 

 

Wat is het moeilijkste aan het ondernemen?

“Het financiële gedeelte blijft het lastigste. We zijn allebei idealistisch ingesteld, maar zijn wel bezig met het ontwikkelen van nieuwe verdienmodellen zoals de bouw van een multifunctionele ruimte voor de opleidingen en gesprekken, maar ook om buiten die tijden te verhuren als vergaderruimte voor bedrijven. Ook heeft de dochter van Monique samen met klant Bianca (als vrijwilliger) tijdens de corona-periode een lunchroom opgezet met streekproducten. Maar een manege draaiende houden blijft lastig, zeker nu geschikte paarden zo moeilijk te vinden zijn voor een betaalbare prijs. Daarnaast moet je telkens weer rekening houden met nieuwe regels en dat worden er steeds meer. Wij willen de prijzen voor de lessen liever niet verhogen, want het moet geen elitesport worden. Maar het wordt er niet makkelijker op.”

 

 

Ultieme tip:

“Out of the box denken. De toekomst wordt anders dus blijf niet in het oude verhaal hangen. Blijf goed nadenken en rondkijken en vooral doen waar je plezier in hebt. Dat doen wij ook.”

 

 

Wil je tweemaandelijks op de hoogte gehouden worden over alles wat er in de hippische sector speelt? Sluit dan voor maar €44,50 per jaar (6 nummers) een abonnement af op de Hippische Ondernemer.

MELD JE AAN VOOR ONZE MAANDELIJKSE NIEUWSBRIEF

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen binnen de professionele paardensector. 2.200+ ondernemers gingen je al voor!

Het laatste nieuws:

Wil je nog meer van dit soort interessante artikelen lezen?

Abonneer je dan nu op het vakblad en ontvang 6x per jaar een editie van De Hippische Ondernemer op de deurmat.

Het vakblad bevat unieke, exclusieve content dat enkel en alleen te lezen is in het blad.